Deze modieuze driedelige japon van dunne beige wollen stof bestaat uit een jas, rok en draperie. Het ensemble is met blauwe band gegarneerd. In de tailleband zijn zes banden bevestigd om de overrok op te halen zodat de rok eronder zichtbaar wordt. De japon werd met een crinoline gedragen om de rok wijduit te laten staan en volgt het modesilhouet van rond 1860/1870. De japon werd gedragen als sportief wandelskostuum.