halssieraad, bestaande uit zes door middel van ringetjes aan elkaar bevestigde waterbuffelhoorns
Zes gelijkwaardige waterbuffelhoorns zijn als schakels tot een collier geregen. De brede kant van iedere hoorn heeft een gouden dekseltje met een oogje, terwijl aan de punt van iedere hoorn eveneens een oogje bevestigd is. Via deze oogjes zijn de hoorns geschakeld. Bij het collier hoort een ring (S2003.060). De ring heeft een robuuste, brede gouden scheen, waarop een zelfde hoorn met de punt naar beneden bevestigd is; ook deze hoorn is aan de bovenkant met een gouden dekseltje afgedekt.
Dit bij elkaar horende setje van edelsmid Philip Sajet (Amsterdam, 1953) is karakteristiek voor zijn manier van werken. Sajet combineert in zijn sieraden regelmatig eenvoudige - gevonden of kant en klare - voorwerpen met goud. Door de manier waarop hij de hoorns verbond ontstond een soepel, goed draagbaar collier. De associatie met etnologische jachttrofeeën ligt misschien voor de hand. Toch zijn het typische voorbeelden van hedendaagse westerse sieraadvormgeving.
Aanvullingen