Huizer meisjes droegen vanaf de leeftijd van drie of vier jaar totdat ze ongeveer vijftien waren 's zondags een hoedje. Dit was van zwart gelakt stro en opgemaakt met geplooide fluwelen linten in zwart en rood of blauw en rood. In de rouw waren de linten zwart. Een struisveer en broches maakten het geheel af. Tegen 1920 werd het hoedje ook wel doordeweeks gedragen en na 1920 raakte het steeds meer in onbruik.
Aanvullingen