Een van de meest in het oog springende tradities en gewoonten in het Zuiderzeegebied was de klederdracht bij rouw. Wie een dierbare verloren had, droeg voorgeschreven kleuren die in schakeringen uiteenliepen van diep donkerblauw of zwart direct na het overlijden, tot rood wanneer de rouwperiode afgesloten was. Het moment dat van de ene kleur op de andere mocht worden overgestapt was vastgelegd in codes en voorschriften. De duur van de rouw werd vervolgens bepaald door de relatie die de nabestaande met de overledene had. Op die manier kon iedereen zonder woorden zien in welke fase de rouwende verkeerde en wat de zwaarte van het verlies was. rENs verdiepte zich in de levensloop van bewoners van het Zuiderzeegebied en verwerkte hun rouwmomenten als groeven in een visuele presentatie. De wandkleden, waarvan de lengte een afspiegeling is van de levensduur, vormen op die manier een unieke biografie in kleur en stof. Ze lieten zich hierbij inspireren door het zogenaamde dodenlaken: het linnen dat na de bruidsnacht werd gewassen en bewaard voor de teraardebestelling. Met het dichtnaaien ervan werd letterlijk een leven afgesloten.
Aanvullingen