Silhouet bestaande uit: Blouse of overhemd voor een vrouw uit zwart katoen in platbinding. Op het voorpand zijn aan weerszijden 14 katoenen strips aangebracht waarin steeds drie krijtjes gestoken konden worden (dit is niet meer het geval, maar 21 plekken met wit poeder getuigen van hun aanwezigheid). Typische snit van een overhemd met een liggende kraag, lange mouwen en manchetten waaraan twee plooien in de mouw. De coupe aan de achterzijde, met twee naden, creeërt ruimte vanaf de taille omlaag. Kunststof knoopjes. Enkellange double-breasted bontmantel, pelsjas of bontjas van konijn met liggende kraag en revers. Gevoerd met lichtroze weefsel, mogelijk viscose, en grijs katoen (mouwen). Broek of pantalon van wol en kasjmier, geweven in de stijl van tweed, uit zwarte, grijze, donkergroene en oranje garens. Twee steekzakken weerszijds, een rits middenvoor en een tailleband die sluit met een flap en drie haken en ogen. Zomen van de pijpen zijn niet afgewerkt behalve locksticksel. Gevoerd met synthetisch bruin weefsel. Inventarisnummer(s): T20/1509; T20/1510; T20/1511.
Aanvullingen