Namiddagjurk van zwart/wit gestreepte (kunst?)zijden crêpe, lang, sluikvallend model met halflange, ietwat poffende mouw. De stof is schuin op draad verwerkt waardoor de strepen diagonaal lopen, maar op verschillende plekken steeds anders: op het lijfje lopen de strepen vanaf de schouders naar middenvoor toe naar beneden uitlopend in een punt tot over de buik, het rechter voorpand loopt iets verder door en overlapt het linker voorpand. Op de halflange mouwen lopen de strepen aan de voorkant omhoog over de arm en schouder heen, en aan de achterkant er weer af. Op het voorpand zijn op heuphoogte driehoeken in gezet waar de strepen haaks staan op de strepen van het lijfje, op de rest van de rok lopen de strepen weer evenwijdig aan de strepen van het lijfje. Het achterpand heeft een middenachternaad, en daar komen de strepen samen in een V-vorm net als op het lijfje voor.
De jurk is een lang model met V-hals en halflange mouw, bij de jurk is een strikceintuur of smal sjaaltje (.2)(?) van dezelfde stof en slechts 1 overgebleven ondermouw (.3) die los te dragen was bij de jurk, of een overblijfsel is van het vermaken van de mouwen van lange mouw, naar halflange ietwat poffende mouw. Dit laatste is zeer waarschijnlijk omdat eind jaren ’30 de mouwen wijder, korter en poffender werden.
Aanvullingen