In Huizen droegen kinderen rond 1900 twee paar kousjes over elkaar: één paar witte onderkousen en één paar helderblauwe of paarse bovenkousjes. Deze kousen werden altijd zelf gebreid van sajet. Als het kind drie tot vier jaar was, dan mocht het de blauwe kousjes alleen nog zondags dragen en kreeg het door de week zwarte, sajetten kousjes aan.
Aanvullingen