Karton met daarop twee foto's van poppen in kostuums van een burgerweesmeisje en burgerweesjongen uit Utrecht, die op de tentoonstelling Nationale Kleederdrachten van Harer Majesteits onderdanen in 1898 in Amsterdam werden getoond en aantekeningen die verwijzen naar de catalogus. De bijbehorende catalogustekst luidt: ‘Deze dracht is in het begin dezer eeuw afgeschaft en vooral merkwaardig omdat zij bewijst, dat de gedeelde weezenkleding in geen verband staat met de stads-kleuren, die voor Utrecht rood en wit zijn.’
Aanvullingen