Ensemble in grijs-paarse taftzijde bestaande uit japon, rok en lijfje
Collectie
Rond 1879 begint de heuplijn opnieuw lichtjes te welven om rond 1883 te eindigen als een klein platform ondersteund door halve hoepels. Deze jurk in grijspaarse tafzijde bestaat uit een rok met drapages die de heupen doen opbollen. Binnenin kan de tournure achteraan met veters boller of platter gemaakt worden. De rok heeft verticale plooien en is onderaan afgewerkt met groene en grijze horizontale plisséboorden. Het gecentreerde lijfje met knoopsluiting eindigt achteraan in een punt met platte plooien en is aan de hooggesloten kraag en manchetten afgewerkt met een rafelboord.
Aanvullingen