Collier van granaten gezet in goud (zgn. git in goud). Rode ovale gefacetteerde granaat in een gekartelde zetting, in het midden een rozet met pin (door de steen). De zetting loopt behalve boven en beneden parallel met de steen. Boven en beneden wordt het vergroot door 2 schulpen. Het vlak is verfraaid met cantillewerk. Aan de zijkanten zijn 2 ringetjes. Dit al wordt afgewisseld met een langwerpig plaatje van cantillewerk. Onder dit plaatje lopen over de breedte 2 parallel lopende stangetjes, die ook door de ringetjes gaan. Aan het uiteinde is een groter oog, dus geen sluiting. Er zijn 12 stenen, 1 buitenste steen is peervormig, de andere buitenste is echter ovaal in een peervormige zetting (!). 1 plaatje is weggenomen en de 2 zettingen aan elkaar gesoldeerd. De plaatjes hebben een rozet met in het midden een grote stip (L. 1 cm.).
Aanvullingen