Aan het einde van de negentiende eeuw raakte het sieraad ook bij anderen in zwang, toen via walvisvaarders en handelaren grote hoeveelheden potvis- en walrustanden op de markt kwamen. Uit deze materialen konden de ambachtslieden grotere exemplaren snijden. Omdat de macht van de inheemse adel afbrokkelde, begonnen steeds meer mensen zich met dit van oorsprong statussymbool te tooien. De sieraden werden ook veel voor de handel gemaakt omdat ze een typisch Hawaiiaans product waren.
Aanvullingen