Overslaan en naar de inhoud gaan Overslaan en naar de footer gaan Overslaan en naar de zoekbalk gaan Overslaan en naar de navigatie gaan

Mistroostig, lafjes of pompeus... Wat vind jij van de kleding die de Muiderkring draagt?

Artikel

Image
Als je aan mode denkt, denk je waarschijnlijk niet meteen aan een 700 jaar oud kasteel. Maar wanneer je de schilderijen in de zalen van het Muiderslot bekijkt, kun je eigenlijk niet om al die “pompeuze kledij” heen. Wat zien we nu eigenlijk? En hoe keken ze er vroeger naar?

Één collectie, duizend perspectieven. Voor de reeks ‘Collectieverkenners’ nodigt het Muiderslot verschillende mensen uit om de collectie – de naam zegt het al – te verkennen. Dat kan een schilderij zijn, een oude roemer, maar ook een plant uit de tuin. En het leuke is: iedereen ziet vanuit zijn expertise, passie of ervaring iets anders.

In de aflevering ‘Kleren maken de man’ bekijkt Myrthe Groot (kunsthistoricus, medewerker Muiderslot en eigenaar van kledinglabel Guave) het schilderij ‘P.C. Hooft en zijn vrienden op het slot te Muiden'. Wat haar als eerste opvalt? De kleding natuurlijk!

Sobere klederdracht

Op het schilderij staan de schrijver Pieter Corneliszoon (P.C.) Hooft (helemaal links, zittend) met zijn vrienden afgebeeld. In de 17e eeuw woont Hooft op het Muiderslot. Tijdens zijn verblijf nodigt hij vaak vrienden uit om te genieten van elkaars schrijf-, dicht- en zangkunsten. Deze vriendengroep wordt ook wel de Muiderkring genoemd.

Zoals Myrthe in de video benoemt, de twee vrouwen – de gezusters Maria Tesselschade (links, staand) en Anna Roemers Visscher (rechts, zittend) – vallen het meest op. Zowel Maria Tesselschade als Anna zien er rijkelijk gekleed uit. Ze dragen opvallende kleuren, in tegenstelling tot de mannen die “wat lafjes afsteken”.

Maar we moeten de mannen niet meteen afschrijven! Want juist hun sobere dracht laat zien hoe rijk en modieus ze zijn.[1] Ten eerste dragen alle mannen witte kanten kragen en manchetten: dé pronkstukken in de 17e eeuw. Niet alleen omdat er veel tijd zit in het kantklossen of plooien van linnengoed, maar ook omdat er veel tijd zit om alles zó wit te houden.[2]

foto_2 in de tuinen van het muiderslot staan verschillende planten waarmee stoffen werden geverfd

Kostbaar zwart

Ten tweede laten de sobere kleuren juist zien dat P.C. Hooft en zijn vrienden niet bang waren om hun portemonnee open te trekken. Dichter en toneelschrijver Joost van den Vondel (de man zittend tussen Maria Tesselschade en Anna) draagt bijvoorbeeld een zwarte wambuis. Het zwart verven van een stof was arbeidsintensief en vergde verschillende grondstoffen die soms van ver moesten komen.[3] Ook in de historische tuinen van het Muiderslot staan verschillende verfplanten, waaronder Meekrap (rood), Wouw (geel) en Wede (blauw). Dit zijn de drie hoofdkleuren die je nodig hebt voor het verven van textiel, waaronder dus ook zwart.

Zwart werd in de 17e eeuw vooral gedragen door stadsbestuurders, kooplieden en stedelijke elite. Alhoewel we P.C. Hooft kennen als schrijver, woonde hij op het Muiderslot vanwege zijn werk als bestuurder, dijkgraaf en rechter. Sobere kleuren, specifiek zwart, werden gezien als formeel én kostbaar. Passend bij iemand met een hoge sociale status.

Maar dat betekent niet dat deze mannen ongevoelig waren voor al die mooie kleuren gedragen door Maria Tesselschade en Anna. Door de toenemende handel komen er steeds meer nieuwe soorten luxe stoffen naar Nederland die het modebeeld beïnvloeden (zoals wellicht terug te zien in de fluwelen banen op het wambuis van P.C. Hooft).[4] Maar in hoeverre geeft dit schilderij een goed beeld van de mode in de 17e eeuw?

Image
Onder andere het poneyhaar van Joost van den Vondel laat zien dat dit schilderij niet helemaal waarheidsgetrouw is. Detail ‘P.C. Hooft en zijn vrienden op het slot te Muiden' (1840-1844), Hendrik Willem Cramer, collectie Rijksmuseum Muiderslot.

Mistroostige theaterkleren

“Foeilelijke, gillende prop met uw scheve mistroostige blikken!”, schrijft een kunstcriticus in 1844 over dit schilderij. “Wij rillen van uw kransje; gij zit slecht; de theaterkleren passen u niet.” Alhoewel de meesten van ons onder de indruk zijn van dit schilderij, is deze kunstcriticus uit de 19e eeuw niet geïmponeerd door de “theaterkleren” die de Muiderkring hier draagt.

De schilder, Hendrik Willem Cramer, heeft dan ook een paar ‘vrijheden’ genomen die meer passen in de 19e eeuw, toen dit schilderij is gemaakt, dan de 17e eeuw die is afgebeeld. Niet alleen het poneyhaar van Vondel is weinig authentiek, maar ook het onderwerp zelf: de Muiderkring bestaat namelijk helemaal niet![5]

In de 19e eeuw werd de Muiderkring nog erg bewonderd, en was het belangrijk om het gezelschap zo mooi en authentiek mogelijk af te beelden. Iets dat heel lastig is om te doen. Zo blijkt uit onderzoek dat er van P.C. Hooft slechts twee ‘authentieke’ schilderijen bekend zijn. Schilders die hem zo realistisch mogelijk willen afbeelden moeten daarom een beetje fantasie gebruiken.

Bewust productieproces

Toch biedt dit schilderij vandaag de dag nog genoeg inspiratie. “[Kleding] was een luxe product. Dat betekent dat alles werd gebruikt. Men ging er heel voorzichtig mee om”, vertelt Myrthe in de video. “Slijtage betekende niet dat iets werd weggegooid.” Een houding waar we met onze huidige TikTok micro-trends nog iets van kunnen leren.

Vroeger duurden modetrends niet alleen langer, maar was er ook gewoon veel minder waaruit je kon kiezen. Dit komt onder meer doordat kleding op maat werd gemaakt. Hierdoor was het maakproces veel langer. En, net zoals bij de witte kragen en manchetten, kostte het vaak veel tijd om alles schoon te maken én te houden. Zelfs de allerrijksten moesten dus zuinig omgaan met wat ze hadden.

Image
Een beetje van vroeger, een beetje van nu. Duurzaamheid is een belangrijk speerpunt van kledinglabel Guave. Foto: Guave.

Duurzaamheid staat ook centraal bij het kledinglabel Guave. Guave is een project waarin Myrthe en Romée Mulder vanuit hun gedeelde culturele achtergrond batik kledingstukken maken. Hierin is een bewust productieproces met oog voor vakmanschap een belangrijk speerpunt. Een beetje zoals ze het vroeger ook deden…

Meer zien uit de collectie van het Muiderslot?

Bekijk dan de andere Collectieverkenners-video’s op ons YouTube-kanaal 

Voetnoten

  • [1] Mode werd vooral geleid door geld. Kleding om mee te pronken en om ‘modieus’ mee te zijn waren alleen weggelegd voor de welgestelden. Doordat dit ook de groep is die zichzelf lieten portretteren, krijgen we vaak het idee dat iedereen er pompeus bij liep, maar dat is zeker niet het geval!
  • [2] Zoals omschreven in Mode & Kostuum (Rijksmuseum, 2016): “Rijke bewoners […] stuurden hun wasgoed per trekschuit naar ‘buiten’, naar Haarlem of naar Waterland ten noorden van Amsterdam […] Omdat dit hele proces enkele maanden duurde, had men meer lijfgoed nodig.” P.C. Hooft en zijn vrienden hadden dus een goed gevulde kast met kanten kragen nodig om er zo onberispelijk uit te kunnen zien. Dit in tegenstelling tot armere bewoners, die het vaak met één hemd moesten doen.
  • [3] Bianca M. du Mortier vertelt in Ode aan de Nederlandse Mode (Gemeentemuseum Den Haag, 2015): “Het verven van intens zwart vereiste meerdere verfbaden, was dus arbeidsintensief en daarmee kostbaar. Bovendien waren de ingrediënten niet goedkoop, omdat zij zoals indigo van ver (India) moesten komen of zoals in het geval van cochenille (rood) er grote hoeveelheden kleine, vrouwelijke kevertjes nodig waren om de verfstof te verkrijgen.” Het handelsverleden van Nederland, en specifiek de VOC, is dus soms niet meteen duidelijk te zien, maar wel aanwezig. Niet alleen in de verkregen rijkdommen waardoor mensen luxe kleding konden kopen, maar ook in wat er überhaupt geproduceerd kon worden.
  • [4] In 1663 werd er een anonieme pamflet in Amsterdam verspreid waarin gewaarschuwd werd tegen extravagant kleden. Kunsthistoricus Marieke Winkel voor Ons Amsterdam: “Volgens de schrijver van het pamflet, moesten ook koopmannen zich sober kleden en pas als een vermogen hadden van meer dan ƒ 40.000,- mochten ze zich volgens hem in zijde of fluweel kleden.” Op het schilderij staat, achter Anna, vermoedelijk Constantijn Huygens afgebeeld. Hij zou het waarschijnlijk ook eens zijn geweest met dit pamflet, zoals je kunt lezen in deze Modemuze-blogpost door Marit Eisses.
  • [5] In de 17e eeuw heeft P.C. Hooft veel vrienden uitgenodigd om samen met hem te genieten van elkaars schrijf-, dicht- en zangkunsten. Maar nooit met z’n allen tegelijkertijd. Echter, in de 19e eeuw waren ze op zoek naar verbindende verhalen om een verdeeld Nederland nader tot elkaar te brengen. Hooft zorgde voor een goede inspiratiebron, omdat hij contact had met een groot, divers en succesvol gezelschap; hierdoor ontstond de mythe van de Muiderkring. Het perfecte voorbeeld van een vreedzaam samenleven. Luister naar het hele verhaal in onze podcast, aflevering #6 ‘De mythe van de Muiderkring’!

 

 


Auteur

Dominique van den Broek

Projectconservator collectie Rijksmuseum Muiderslot


Delen


Aanvullingen