Batiks uit het Oostelijk Havengebied onthuld
Artikel
In 2020 was het 75 jaar geleden dat de Tweede Wereldoorlog eindigde. Dit was de aanleiding om vrijheid als thema te nemen voor de expositie ‘Maison Amsterdam’ in de Nieuwe Kerk.
De expositie neemt je door verschillende buurten in Amsterdam en zoomt vanuit een modelens in op vrijheid én onvrijheid. In de expositie is ook aandacht voor batik. Met bruiklenen van dragers en hedendaagse batikmode van de brand Guave wordt een deel van onze koloniale geschiedenis belicht. Het beperkte aanbod aan achtergrondinformatie inspireerde me om te duiken in dit onderwerp. Deze complexe en veelzijdige geschiedenis verdient namelijk meer toelichting.
Batik in Nederland
Ik wist al dat er batik in de expositie zat, of eigenlijk sarongs en kebaya’s, maar ik was toch verrast door de keuze. In het onderdeel ‘Oostelijk Havengebied’ worden sarongs en kebaya’s getoond om het verhaal te vertellen van de aankomst van Europeanen, Indo-Europeanen en Molukkers uit Indonesië tussen 1945 en 1968.
In de afgelopen twee jaar is er veel aandacht geweest voor de koloniale geschiedenis van Nederland. Indonesië vierde in 2020 zijn 75 jaar onafhankelijkheid. Ook werd er meer gedeeld over de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog (1945-1949), mede door het in 2020 verschenen boek ‘Revolusi’ waarover een expositie op komst is in het Rijksmuseum. Maar zeker ook door de film ‘De Oost’. Daarnaast was het in 2021 precies 70 jaar geleden dat Molukkers naar Nederland (geforceerd) migreerden. Hierover waren verschillende documentaires op tv en programmeringen door het land.
Al deze gebeurtenissen zijn verbonden aan elkaar. Het is dus goed dat er aandacht voor is in de expo ‘Maison Amsterdam’.
Meteen bij binnenkomst in de tentoonstelling spot ik een eerste batik. Een rode zijden lange jurk met een patroon in oranje en wit. Naast de jurk wordt een foto getoond waarop twee hippies dansen op de dam. De draagster van deze specifieke jurk liet de jurk maken tijdens haar eigen ‘hippie trail’ in Bombay (India) in 1968. Batik en Tie-Dye waren als technieken enorm populair in de jaren ’70. Deze look bij de entree laat goed zien dat Batik hier in Nederland op verschillende manieren aanwezig was én is.
Garuda
Na enkele ruimtes waarin ik nog meer batik spot, kom ik bij de vitrine in kwestie aan. Het eerste wat mij opvalt is dat de gebatikte sarong op de pop ondersteboven hangt - een vaak gemaakte fout bij batiks, maar bij deze een interessante.
Er is ook een foto te zien van de drager van deze batik – overigens de enige foto in deze installatie. Op de foto zien we Ida Glasius (1884 -1961) staan in een tuin. Ze draagt een wat ruime kebaya, net als die in de vitrine met daaronder een sarong, niet dezelfde als in de vitrine, maar ook ondersteboven…
De sarong in de vitrine, die geen batik is maar een zeefdruk, heeft een motief bestaande uit Pisan Bali, een soort bloem, en lar, enkele Garuda vleugels. Op de foto draagt Ida een batik met Sawat, dat de gehele Garuda vogel symboliseert.
Garuda is in de hindoeïstische mythologie een mythisch wezen, deels mens, deels adelaar. Hij is het rijdier van de god Vishnoe, en een nationaal symbool van Indonesië. We vinden het terug in het huidige wapen van Indonesië en vóór 1945 zat het ook in het wapen van de Kraton in Yogyakarta.
De Garuda vleugel is een populair motief onder de adel. Ook als Batikmotief.
In de wapens en batiks zie je dat de vleugelpunten altijd naar boven wijzen. Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat de energie van de Garuda vleugels er anders uit zou lopen. Hetzelfde als een hoefijzer.
Een designer in Singapore maakte onlangs de vergissing om een serie meubilair uit te brengen met batikmotieven erop, waarbij de Garuda vleugels op de bekleding naar beneden wezen. Bij eerdere designs van dezelfde designer was dezelfde fout ook in kledingstukken gemaakt. Een andere Singaporese designer wees mij erop met de vraag of ik hier niet iets kritisch over kon schrijven. Ik dacht aan dit alles toen ik de opstelling en foto zag.
Op Facebook vond ik een openbaar bericht van Arletta Michaela Kaper, het achterkleinkind van Ida Glasius, over de opstelling in de vitrine:
“Na de onafhankelijkheid van Indonesië was het voor mensen met de Nederlandse nationaliteit té moeilijk om een nieuw bestaan op te bouwen en voelden men zich min of meer gedwongen hun vertrouwde geboortegrond te verlaten. Zo ook een groot deel van mijn familie. Tot groot verdriet van mijn oma besloot mijn overgrootmoeder echter toch om in Indonesië te blijven wonen (…)
Hoe zullen mijn overgrootmoeder Ida, mijn grootmoeder Ernestien en mijn onlangs overleden moeder Leen het vinden dat deze kledingstukken die ooit als dagelijks gebruik dienden, en bovendien aangaven tot welke etnische/klasse de drager behoorde, getoond worden in een overzichtstentoonstelling waar Vrijheid/Onvrijheid o.a. het leidmotief zijn?“
Batik mythes
In de opstelling worden ook losse sarongs getoond, liggend in een open hutkoffer. Twee daarvan zijn meegekomen met Ernestine van der Hoeven-Glasius, de oma van Arletta en dochter van Ida Glasius. Zij kwam in 1956 aan in Rotterdam.
Van het Amsterdam Museum kreeg ik de aanvullende informatie: “Ida Glasius-Volckman was geadopteerd door de familie Volckman. In die tijd werden buitenechtelijke kinderen van adellijke families vaak ‘weggegeven’ aan Nederlandse families. Dit kan de verklaring zijn voor het feit dat zij in het bezit was van de meest rechtse sarong in de hutkoffer.” De batik in kwestie heeft een Parang Rusak Barong motief.
Rondom de zogenoemde verboden motieven, batik larangan, van de kraton zijn vele verhalen online te vinden, maar feitelijke bronnen zijn lastiger te vinden. Zo lees ik keer op keer hoe deze motieven alleen gedragen mochten worden door de sultan en zijn familie. Doeken worden hierdoor ten onrechte als adellijk omschreven en zo ook hun dragers. Een van de meest genoemde motieven in deze context is Parang Rusak.
Parang is de familienaam van een motievengroep binnen Batik. Vergelijk het met wetenschappelijke namen of een stamboom. Parang is de soort of familie, en de naam die volgt de ondersoort of de familieleden, in dit geval Rusak. Soms volgt er nog een naam. In het geval van het daadwerkelijk ‘verboden’ parang motief is dit Barong. Dus voluit Parang Rusak Barong.
Maar verboden is minder streng, of wordt verkeerd opgevat. Al waren bepaalde motieven gelinkt aan de kartons, zowel in Yogyakarta als in Solo, het was meer een ongeschreven regel dat deze buiten de kraton niet gedragen mocht worden. Aan het eind van de 19e eeuw en begin 20ste eeuw komen de batik larangan motieven voor in fijne Batik Tulis van de noordkust (Link: WM-2784 https://hdl.handle.net/20.500.11840/1107208 ), en op goedkopere Batik Cap beschikbaar voor iedereen ( link https://hdl.handle.net/20.500.11840/1023735 & link: TM-60054716, https://hdl.handle.net/20.500.11840/463425 ).
Pas onder het bewind van sultan Hamengku Buwono VIII tussen 1921 en 1939 zouden er enkele motieven ‘verboden’ worden voor anderen. De sultan zou de volgende motieven hebben geclaimd voor eigen gebruik: Semen Agung Sawat Garuda, Semen Agung Sawat Lar, Udan Liris en Parang Rusak Barong.
Opvallend, want het dragen van deze motieven gebeurt dan al volop buiten de paleismuren. Misschien wilde hij een bepaalde waarde ‘teruggeven’ aan deze motieven, of wilde de sultan graag alleenrecht op het dragen van zijn lievelingsmotieven. Wat de reden ook is geweest, Parang Rusak is mede hierdoor vandaag de dag een van de bekendste en meest gedragen batikmotieven binnen en buiten Java.
Een gesigneerde sarong
Tijdens m’n bezoek zie ook een interessant doek met blauwe motieven op wit, onder de twee batiks met een parang motief. Deze batik viel mij meteen op, niet alleen omdat het een van de weinige echte batiks is in de vitrine. Online bij het Amsterdam Museum vond ik een voor- en achterkant van het gehele doek. De batik is dichtgestikt en blijkt gesigneerd te zijn. In wit prijkt in de donkere kepala ondersteboven ‘Nj Gan Kaij Bian’.
Na m’n bezoek werd ik in contact gebracht met de bruikleengevers van deze doeken. De sarong is gedragen door Fientje Hanna Hahury-Lawalata, de moeder van Diet Hahury, die weer de schoonmoeder van de curator Pieter Eckhardt is.
Diet vertelde mij dat haar moeder elke dag een kaïn met een kebaya droeg. De kebaya was effen van kleur of met kleine bloemenmotieven. De zelfgemaakte kebaya met witte broderiestof, die in de vitrine hangt, bewaarde ze voor speciale gelegenheden. Diet's schoonzus stuurde mij: “Het is trouwens zeer bijzonder om kleding van je schoonmoeder in een tentoonstelling te zien. Ik denk dat ze zelf heel trots zou zijn geweest.”
Fientje nam de batik mee toen zij in 1951 naar Nederland migreerde. Er is ook een foto bewaard gebleven waarop ze de batik draagt. Op de foto staat ze met haar moeder, haar man en de net geboren (oudste) dochter. De dochter is nu 74 jaar, waardoor we de foto kunnen dateren van rond 1947.
Nieuwsgierig om meer te weten te komen over de sarong, zocht ik in de database van het Nationaal Museum van Wereldculturen naar de naam ‘Njonja Gan Kaij Bian’. Het stond erin als ‘Gan Kay Bian’. Er bevinden zich drie batiks met dezelfde signatuur in de collectie Tropenmuseum. Twee opvallende gekleurde tafelkleden gedateerd 1938 (Link: https://hdl.handle.net/20.500.11840/48975) en eenzelfde soort met licht en donkerblauw. Deze batik, TM-5663-1180, wordt door batikkenner Harmen Veldhuisen gedateerd ca. 1920, maar dat is veel te vroeg.
In het boek ‘Batik, Drawn in Wax’ van voormalig textielconservator Itie van Hout staat dat Gan Kay Bian onderdeel is van de batikfamilie Gan in Pekalongan en dat hij actief was tussen 1945 en 1950. Dit klopt ook goed met de informatie die we hebben over de sarong in de vitrine.
Identiteit en roots
Een eigentijdse bijdrage aan de vitrine is geleverd door het modelabel Guave. Op de kopse kant staat hun Guave suit. Dit pak maakte Romée Mulder en Myrthe Groot na een succesvolle crowdfunding campagne.
Voor hun tweede collectie, Identities 2.0, maakte ze een vervolgstap in de duurzame productie. Het pak werd geproduceerd door het Amsterdamse Gildelab met batiks uit Indonesië in combinatie met gerecyclede stoffen van Enschede Textielstad. In de ontwerpen van Guave onderzoeken ze het concept ‘identiteit’ en vieren ze hun roots, die bij hen in Indonesië en Twente liggen.
In de audiotour van de tentoonstelling vertellen Romée en Myrthe meer over hun label en de Guave suit. Romée deelt onder andere dat haar grootouders vanuit Indonesië in Amsterdam aankwamen in 1950. Ze schreef mij: “Ik vind het zelf wel heel bijzonder om onderdeel van deze tentoonstelling te zijn, zeker omdat ze het batik-gedeelte gekoppeld hebben aan de aankomst van Indische Nederlanders in Amsterdam en mijn opa en oma met hun twee kinderen daar aankwamen. Dat wist ik wel maar was ik me ineens veel meer van bewust.”
Voor komende collecties zal Guave naast identiteit, de focus leggen op ambacht en het maken van duurzame collecties waarbij batik de hoofdrol blijft spelen.
Maison Amsterdam is binnenkort hopelijk weer te bezoeken in De Nieuwe Kerk in Amsterdam t/m 3 april 2022
Meer lezen:
‘Batik: The Forbidden Designs of Java’ op Australian Museum website https://australian.museum/learn/cultures/international-collection/balinese/batik-the-forbidden-designs-of-java/
Eerdere Modemuze post van Sabine, ‘De helende krachten van het gringsing-motief’ https://www.modemuze.nl/blog/de-helende-krachten-van-het-gringsing-motief
‘In kampen, kastelen en pensions: de opvang van Indische Nederlanders’ op de website ‘Oorlogbronnen' https://www.oorlogsbronnen.nl/artikel/kampen-kastelen-en-pensions-de-opvang-van-indische-nederlanders
‘Herinneringen na aankomst in Nederland’ op website Nationaal Archief https://www.nationaalarchief.nl/beleven/verhalenarchief/herinneringen-na-aankomst-in-nederland
'70 jaar Molukkers in Nederland: We moeten ons hele verhaal blijven vertellen’, op NOS https://nos.nl/artikel/2373477-70-jaar-molukkers-in-nederland-we-moeten-ons-hele-verhaal-blijven-vertellen
Theaterstuk De eeuw van mijn moeder teug te zien op NPO. https://www.npostart.nl/de-eeuw-van-mijn-moeder/AT_300002457
Lees & kijktip het boek en theaterstuk ‘Lichter dan ik’
Fotoboek ‘Indonesiers in Holland 1958-1962’ van Leonard Freed uit 2009
Artikel ‘In een nieuw jasje’, interview met Guave, en de artikelen ’Batik in Nederland’ en ‘In de Marge’ door Sabine Bolk, in het Magazine BATIK!, uitgave Stichting Tong Tong, 2021 https://stichtingtongtong.nl/batik-glossy/
Aanvullingen